Geschiedenis
1752 – 1772: Abt Leonardus Thys
Abt Lenaerts stierf in 1752. De verkiezing van een opvolger greep op 30 oktober van dat jaar plaats onder leiding van de kanselier van Brabant en de abt van Gembloers. De voorkeur van de monniken ging uit naar Leonardus Thys uit Westerlo. Hij was geboren in 1707 en had filosofie gestudeerd aan de pedagogie Het Varken (aan het huidige Hogeschoolplein) te Leuven. Tweeëntwintig jaar oud trad hij te Vlierbeek in. De Mechelse aartsbisschop Thomas-Philippe d'Alsace (1714-1759), geassisteerd door de abten van Park en van Sint-Geertrui te Leuven, kwam de installatie en wijding van de nieuwe abt verrichten. Het devies van Thys luidde: Candore et amore ("Met oprechtheid en liefde").
Op de pastorie van Vlierbeek hangt nog steeds zijn portret, geschilderd in 1763. De abt zit neer in een zetel, waarvan de rug versierd is met zijn wapenschild en devies. Hij draagt het zwarte habijt van de benedictijnenorde; zijn mijter bevindt zich op een tafel naast hem. Naast een boek ligt hier ook een plan met het opschrift: Refugium reaedif(icatum) anno 1761. Het betreft hier een verwijzing naar de herbouw van de Vlierbeekse refuge te Brussel, waar abt Thijs in 1772 zou overlijden. Het gaat om een plan van de refuge die de abdij te Brussel bezat en die Thys had laten herbouwen. Dit gebeurde gedeeltelijk uit zijn persoonlijk bezit. We weten inderdaad dat deze overste de geldelijke situatie van zijn abdij met eigen bijdragen heeft willen saneren. Samen met nog een paar andere schilderijen op de pastorie, is dit een overblijfsel van een imposante portrettengalerij die eertijds in Vlierbeek aanwezig was en bij de aanstelling van een nieuwe abt telkens werd aangevuld. De reeks werd echter, op deze schaarse overblijfselen na, bij de Franse Revolutie verspreid of vernietigd.
Ondertussen rees een ander probleem. De onroerende bezittingen van de kloosters waren onttrokken aan de normale circulatie via overerving, verkoop of schenking, en dus ook aan de taksen die bij zulke gelegenheden moesten worden betaald. Om die reden werd al sinds de middeleeuwen getracht de verwerving van zulke goederen aan strenge voorwaarden te onderwerpen. De burgerlijke overheid eiste immers een amortisatie. Keizerin Maria-Theresia gaf een definitieve vorm aan deze oude wetgeving door het Amortisatiedecreet van 1753. Dit betekende dat de kloosters hun grondbezit niet meer konden uitbreiden, en dat bezittingen die nog niet geamortiseerd waren, moesten worden verkocht, tenzij de eigenaar mits betaling amortisatie kon verkrijgen. Abt Thys voerde een omvangrijke briefwisseling met de overheid om aan het decreet te ontsnappen. Hij stelde zelfs een dossier samen over de moeilijkheden die de abdij de laatste twee eeuwen had meegemaakt. Zijn pogingen hadden succes, want voor de nog verschuldigde amortisaties moest slechts een zesde van het vastgestelde bedrag worden betaald. De som werd naderhand nogmaals met een derde verminderd.
Klik op de foto's om ze te vergroten.
© Heemkundige Kring Vlierbeek vzw